Bruine kiekendief duikt op boven Demerbroeken – ook zeldzame grauwe kiekendief krijgt kansen

Natuurfotograaf François Exelmans kon op 25 juni boven de Demerbroeken een foto maken van een bruine kiekendief. Dat is nochtans niet evident want die imposante broedvogel is relatief zeldzaam in onze contreien. Hij komt voornamelijk voor in de kustpolders, de grote havengebieden (Antwerpen en Zeebrugge), het Oost-Vlaamse Krekengebied en omliggende polders, maar ook in geschikte biotopen in het binnenland zoals de Demerbroeken. Er zijn momenteel zo’n 140 tot 160 broedparen in Vlaanderen. Dat is het resultaat van een betere bescherming van roofvogels en een beperkter gebruik van persistente pesticiden in de landbouw.

De kans bestaat dat we ook een nog veel zeldzamer soort van kiekendief kunnen te zien krijgen. De grauwe kiekendief is een beschermde roofvogel die in Vlaanderen nog maar zelden broedt. Het is een prachtig dier dat zijn nest in open landbouwgebieden maakt als er voldoende voedsel beschikbaar is en er veilige nestgelegenheid aanwezig is. De inrichting van onze moderne landbouwbedrijven houdt daar echter nauwelijks nog rekening mee!
326 hectare vogelakkers
Er werden de laatste jaren wel zware inspanningen gedaan om de grauwe kiekendief opnieuw te integreren in Vlaanderen. De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) startte een soortbeschermingsprogramma op waarbij men liefst 326 hectare grond inrichtte als een geschikt leefgebied voor de vogel. Dat gebeurt in samenwerking met 56 boeren. Het gaat om ‘vogelakkers’ en ‘vogelvoedselgewas wisselteelt’. Naast de grauwe kiekendief profiteren ook soorten als de velduil en de veldleeuwerik volop van de maatregelen. Vorig jaar werd nog een velduil gefotografeerd in het Webbekoms Broek.
De grauwe kiekendief liet ondertussen in vier jaar tijd drie broedgevallen optekenen. Vlaanderen mikt echter op 15 broedparen. Natuur en Bos bereidt daarom een vervolg voor van het soortenbeschermingsprogramma grauwe kiekendief. Dat is mogelijk als in samenwerking met landbouwers verder inspanningen worden gedaan om het voedselaanbod en nestgelegenheid in de akkerbouwgebieden te verhogen. De grauwe kiekendief eet in het broedseizoen bij voorkeur veldmuizen, veldleeuweriken en andere akkervogeltjes.
IN 2021 mikt Natuur en Bos op 100 hectare bijkomende vogelakkers.
Een goed leefgebied is geen garantie op succes. De Vlaamse populatie grauwe kiekendieven is allicht ook afhankelijk van hoe de soort het doet in Wallonië, Frankrijk, Nederland en Duitsland. Als er goede populaties in de buurt zijn, is de kans namelijk groter dat ze zich van daaruit ook opnieuw in Vlaanderen zullen vestigen. Vogels zoals de grauwe kiekendief kennen geen grenzen.
Luzernestroken afgewisseld met bloemrijke natuurstroken
De grauwe kiekendief is een belangrijke indicator van de natuurkwaliteit in Vlaanderen. Het tweede soortenbeschermingsplan zal de oppervlakte aan geschikt leefgebied voor de grauwe kiekendief blijven uitbreiden en verbeteren, want dat landschap is ook geschikt voor vele andere akkersoorten. In 3 kansrijke broedgebieden is sinds 2017 een gebiedscoördinator aan het werk om alle acties te coördineren: in De Moeren in West-Vlaanderen, in de Haspengouwse Leemstreek en in de regio van Peer. De ontwikkelingen in Haspengouw zorgen ervoor dat de grauwe kiekendief ook in onze regio af en toe gezien wordt. Dat gebied loopt van Bierbeek tot Maastricht.
Het kerngebied in Peer moet samen gezien worden met de militaire domeinen in Leopoldsburg. De open zones op de militaire domeinen ‘Kamp van Beverlo’ en ‘Schietveld van Houthalen-Helchteren’ hebben een oppervlakte van
respectievelijk 2836 en 1200 ha. Samen met het grootschalige landbouwgebied van Peer, dat ernaast ligt, vormt het één groot open landschap. Het militaire domein is allicht geschikt als foerageergebied, maar mogelijk niet ideaal als broedgebied. De landbouwgebieden zijn arm aan biodiversiteit, maar geschikte gewassen kunnen geschikte broedplaatsen zijn voor grauwe kiekendief. De landbouwgebieden, die grenzen aan de militaire domeinen, trekken vogels uit het heidegebied aan, maar er is te weinig stapelvoedsel. Via beheerovereenkomsten werd alvast 20 hectare wisselteelt aangelegd in dit aansluitende landbouwgebied.
Een vogelakker bestaat uit luzernestroken afgewisseld met stroken van graan, gras en kruiden. Vogelvoedselgewas wisselteelt is een graanperceel, waarvan jaarlijks de helft opnieuw wordt ingezaaid. Die maatregelen bieden het jaarrond voedsel en dekking aan muizen en verschillende akkervogels. Dat zijn de prooisoorten van de kiekendief.
De landbouwers krijgen voor die samenwerking een gepaste vergoeding . Bovendien is luzerne een eiwitrijk veevoer, een win-win voor landbouw en natuur.

Stroken luzerne afgewisseld met gras-granen-kruidenstroken. Wanneer de luzerne gemaaid wordt, worden de veldmuizen beter zichtbaar voor kiekendieven. Kiekendieven vliegen heen en weer over de gemaaide stroken en jagen langs dit ‘randensysteem’ dat na oogsten ontstaat. In de grasstroken
kunnen tal van (akker)vogels zomer- en wintervoedsel vinden. Sommige soorten maken hierin hun nest.
foto: Vlaamse Landmaatschappij
In Nederland is de aanleg van vogelakkers al stevig ingeburgerd. In dit filmpje van Vogelbescherming Nederland krijg je een erg goed onderbouwde uitleg van over het nut ervan. Je ziet hoe het in zijn werkgaat, wat de voordelen zijn en waarom de boeren erin mee gaan.
Teamwerk
De creatie van de vogelakkers zorgt er ook voor dat akkervogels als veldleeuwerik, gele kwikstaart en de zeldzame grauwe gors het beter doen. Zij hebben een voorkeur voor grote open gebieden, maar daar ontbreken vandaag vaak een veilige nestplaats en voldoende insecten om hun jongen groot te brengen in de zomer. De vogelakkers brachten daar alvast een nieuwe dynamiek op gang. Ook in de winter vallen vogelakkers op door indrukwekkende aantallen blauwe en grote zilverreigers en door jagende blauwe kiekendieven en torenvalken. Ze komen daar allemaal voor dezelfde reden: muizen vangen. Inmiddels zijn er in de Leemstreek vogelakkers die al vijf jaar oud zijn. Ze vormen kleine oases van biodiversiteit in het landschap.
Raf Pierlet is een van de eerste landbouwers in Vlaanderen die een vogelakker aanlegde in Hakendover. In Boutersem was het de jonge landbouwer Kobe Ruell die mee in het plan kiekendief stapte. Je kan beide boeren aan het woord horen in het filmpje
Vogelkenner en cabaretier Begijn Le Bleu interviewde minister van Natuur Zuhal Demir over het plan kiekendief. Je kan de podcast Fwiet Fwiet hier beluisteren.
Meer over de grauwe kiekendief
De grauwe kiekendief is een trekvogel die enkel tijdens de maanden april tot september bij ons vertoeft. De winter brengt hij door in Midden-Afrika. De soort komt van nature voor in steppegebieden en moeraslanden. Langzaam aan verschoof zijn broedgebied in het noorden naar intensief bewerkt open akkerland. ‘Open’ verwijst naar het karakter van deze landschappen die gekenmerkt worden door de afwezigheid van bosfragmenten en andere hoog opgaande elementen.
De grauwe kiekendief broedt voornamelijk in (graan)akkers. Daar maken ze een relatief klein nest op de grond. Jagen doet hij bij voorkeur langsheen akkerranden en in hooilanden, voornamelijk op zoek naar veldmuizen. Afhankelijk van hoe talrijk die zijn, vult de vogel zijn menu aan met kleinere akkervogels en grote insecten zoals sprinkhanen, libellen…

Je kan dit artikel ook terugvinden op de pagina https://holahageland.net/natuurgebied-demerbroeken/
Daar vind je nuttige informatie, activiteiten en nieuwsberichten over het natuurgebied.
Lokale ondernemers kunnen partner worden van de pagina. Mail naar imagazine@telenet.be voor meer info

Copyright foto http://www.ecopedia.be