VMM voorkomt veel waterellende door sturing K18-stuw

De gevolgen van de extreme wateroverlast die we momenteel meemaken zouden in onze regio nog veel erger zijn zonder de zware investeringen die de laatste decennia gebeurd zijn voor de aanleg van waterbufferingscapaciteit.

Vanmorgen om 10.45 uur bijvoorbeeld, heeft VMM de zogenaamde K18 laten zakken. Door die beweging van de stuw stroomt de Velpe in Zelk nu in het Webbekoms Broek. Dat was nodig om Halen, Kortenaken en Glabbeek te vrijwaren van overstromingen. Glabbeek was op dat moment jammer genoeg al deels ondergelopen.

Jean-Pierre Nijns, vrijwilliger in het natuureducatiecentrum, bezorgde ons een paar foto’s van de situatie aan de K18.

Je kan verder lezen na de afbeeldingen

Een tiental jaren geleden werd de capaciteit van het Webbekoms Broek sterk uitgebreid. De dijken van het binnenbekken werden opgehoogd en de het buitengebied werd vergroot. Het opvangbekken kan momenteel meer dan 3,5 miljoen kubieke meter water bergen. VMM zorgde ook voor de infrastructuur om het water sneller en beter gecontroleerd te laten in- en vooral uitstromen. Voor de werken duurde het vier weken om het buitenbekken te laten leeg lopen. Dat kan nu op 1 week. Na de werken kan het water door twee brede sifons wegvloeien aan een snelheid van 5 kubieke meter per seconde. Vroeger gebeurde dat door 1 smalle pijp aan een snelheid van 1 kubieke meter per seconde.

De natuur is ook gebaat met de nieuwe constructie. Als het water te lang in het wachtbekken blijft staan is dat nefast voor de vegetatie. Die sterft namelijk af. Het omgekeerde geldt ook. Lange droge periodes hebben evengoed een negatieve impact. De nieuwe installatie maakt het mogelijk om dat veel beter te controleren.

VMM liet op dat moment ook een pompstation aan de Badstraat en de Webbekomstraat in Webbekom optrekken. Dat moet water uit de Leugebeek overpompen naar de Demer.

Vorig jaar werd die Leugebeeek zelf ook aangepakt. Op het grondgebied van Webbekom splitst de Leugebeek af van de Begijnenbeek. Het debiet van beide beken wordt geregeld door de zogenaamde K7, dat is een soort sluis die het water geprogrammeerd verdeelt tussen de Begijnenbeek en de Leugebeek. Bij hoge waterstanden proberen ze bij VMM om zoveel mogelijk water via de Leugebeek te sturen. Die watert af naar het Webbekoms Broek waar voldoende opvangcapaciteit is terwijl de Begijnenbeek richting stadscentrum loopt. Vorig jaar was de regenval zo massaal dat de Leugebeek helemaal vol zat. Ze is beginnen overlopen en veel van dat water kwam daardoor in de  vlakbij gelegen Begijnenbeek terecht waardoor ook die haar maximumcapaciteit overschreed. Om dat te voorkomen werd de dijk van de Leugebeek, vanaf de K7 in de richting van het stadscentrum, aan één kant opgehoogd. Dat moet beletten dat het water nog naar de Begijnenbeek loopt. Aan de andere kant kan de beek wel overlopen omdat daar voldoende bouwvrijgebied is in de oorspronkelijke vallei. Tegelijkertijd werd op die plaats ook de oorspronkelijke bedding van de Begijnenbeek open gelegd. Die meandert veel feller waardoor er meer opvangcapaciteit is.

Geef een reactie