Pastoor Rudy Borremans geeft het erg beladen St.-Rochus Memoriaal een nieuwe toekomst

In gans Vlaanderen denken lokale besturen, samen met de verantwoordelijken van de kerkfabrieken, na over de toekomst van de kerken en de kloosters. Veel van die gebouwen staan leeg en hun onderhoud kost handen vol geld. Een aantal krijgen een herbestemming en zijn niet meer beschikbaar voor erediensten, een aantal anderen krijgen, naast een functie voor erediensten, een bijkomende nevenbestemming.

In Aarschot gaat pastoor Rudy Borremans precies het tegenovergestelde doen. Hij wil opnieuw erediensten gaan organiseren in het Sint-Rochus Memoriaal. Dat zal één maal per week op zaterdagavond gebeuren.

Wie al eens in Aarschot passeert kent dat vrij opvallende, modernistisch aandoende gebouw allicht maar de uiterst emotionele geschiedenis ervan is bij velen geen echt deel meer van de parate kennis over onze regio. Nochtans is het net die geschiedenis die pastoor Rudy inspireert om er opnieuw vieringen te organiseren. Wie pastoor Borremans een beetje kent, weet dat hij daar ook iets heel speciaals wil van maken.

“De stad wil het memoriaal opnieuw opwaarderen, waarvoor ik hen dank”, zegt Rudy Borremans. “Als pastoor wil ik het historisch belang en de emotionele waarde van de Sint-Rochuskerk weer benadrukken Het is de bedoeling om er een plaats te maken van stilte en gebed. Een plek van troost. Graag zie ik daar in de toekomst een gemeenschap ontstaan waar mensen met kwetsuren zich kunnen uitspreken en waar ze elkaar tot troost kunnen zijn. De vieringen zullen ook in het teken staan van verbondenheid, verdraagzaamheid en solidariteit. Met een eigenzinnig karakter te geven aan de eucharistie hoop ik mensen aan te trekken die nood hebben aan mentale rust en barmhartigheid. In moeilijke tijden doorheen de geschiedenis van een volk zijn er plaatsen nodig waar het goddelijke voelbaar en zichtbaar is. De Sint-Rochuskerk is in al haar eenvoud en soberheid de plaats waar een mens tot de essentie komt van het leven. Ontdaan van alle franjes teruggeworpen worden op wie we als mens zijn en waartoe we geroepen worden.”

Met de herwaardering van het Sint-Rochus Memoriaal geeft pastoor Borremans een van de meest gevoelige periodes uit de geschiedenis van Aarschot een zinvolle invulling. Bij het begin van de eerste wereldoorlog in 1914 werd de stad op een gruwelijke manier geconfronteerd met het blinde geweld van de Duitse bezetter. Op de site staan in feite twee bijzondere bouwwerken die naar die feiten verwijzen. Naast het Memoriaal staat er ook een obelisk ter ere van de gesneuvelde burgemeester Tielemans, zijn zoon en zijn broer. Aan die obelisk hangt nog een cynisch politiek verhaal vast.

Duitse wraakzucht geselt Aarschot

Op 19 augustus 1914 werd Aarschot ingenomen door de Duitse troepen. Dat gebeurde echter na zeer fel verzet van het Belgische leger. Een week eerder hadden de Duitsers de slag van de zilveren helmen in Halen verloren. Bij de terugtrekking uit Aarschot sneuvelden 120 Belgische militairen, wat de intensiteit van de gevechten aangeeft.

Dat felle verzet zinde de Duitsers niet en ze gingen bijzonder hevig te keer tegen de bevolking van Aarschot. De bezetters staken een aantal huizen in brand en ze vermoordden een groep inwoners. Burgemeester Tielemans kon de de wraakactie tegen zijn inwoners nog even stoppen maar de gespannen situatie ontspoorde volledig toen de Duitse generaal-majoor Johannes Stenger werd gedood. Stenger had zijn intrek genomen in het huis van burgemeester Tielemans. Hij werd op het balkon van de woning neergeschoten. Er werden die nacht grote groepen burgers bijeen gedreven aan de pomp op de Markt van Aarschot. Een groep mannen werd buiten het stadscentrum geleid en neergeschoten. In een massagraf werden later 75 lichamen gevonden. 

De volgende ochtend werd commandant Johannes Stenger met militaire eer gecremeerd. Daarna werden 29 inwoners van Aarschot gefusilleerd. Onder hen burgemeester Jozef Tielemans, zijn zoon Louis en zijn broer Emile. De terechtstelling gebeurde aan de toenmalige Stockmanshoeve. Dat erf grensde aan de plaats waar nu het Sint-Rochus Memoriaal staat.  Volgens officiële bronnen werden in Aarschot 416 huizen afgebrand en zijn er 171 burgers omgekomen.

Memoriaal is zoektocht naar zingeving

Na de oorlog, in 1921, stelde de katholieke burgemeester Coomans voor om een gedenksteen op te richten voor de gesneuvelde Jozef Tielemans. De liberalen en de socialisten weigerden omdat ze vreesden dat die gedenksteen de katholieken te veel goodwill zou opleveren. De weduwe van Jozef Tielemans, die al in 1914 gevlucht was naar Nederland, kocht daarop de grond waar de terechtstelling was gebeurd en ze financierde de oprichting en het onderhoud van de obelisk die er momenteel nog staat. In 1939 schonk ze de grond aan de stad.

Het Sint-Rochus Memoriaal zelf zou pas decennia later volgen maar toch was de aanleiding voor de bouw ervan ook terug te brengen naar de terechtstelling op 19 augustus 1914. De vader van de latere pastoor Jozef De Vroey was namelijk ook een van de mensen die werden neergeschoten aan de Stockmansmolen. Jozef de Vroey was op dat moment amper twee jaar maar hij zou zijn ganse leven lang op zoek blijven gaan naar zingeving voor die wrede gebeurtenissen. In 1960 verzamelde hij de getuigenissen van 34 inwoners van Aarschot die de gruwel hadden mee gemaakt. Hij gaf die uit in boekvorm met als titel: Aarschot woensdag 19 augustus 1914.

Kerk als huis voor de gemeenschap

Hij startte ook met een actie om een kapel op te richten waar men de feiten uit 1914 kon herdenken. In 1964 woonde de Duitse ambassadeur de eerstesteenlegging van die kapel bij. In 1965 werd de eerste mis gevierd, in aanwezigheid van een Duitse priester.

Het Memoriaal is een ontwerp van architect Marc Dessauvage. Het is een kerkgebouw zonder toren en er zijn dus ook geen klokken. Dessauvage had internationaal een stevige reputatie, zeker voor het ontwerpen van kerkgebouwen. De parochiekerken die hij tekende, waren geïnspireerd op het postconciliaire gedachtegoed dat de kerk als een ‘huis voor de gemeenschap’ moet functioneren. Zelf gebruikte de architect de term woonkerken. Het is op dat gedachtengoed dat Rudy Borremans wil verder bouwen om het Memoriaal een nieuw leven te geven.

Geef een reactie