Provincie Vlaams-Brabant verlengt steun aan lokaal woonbeleid

De provincie Vlaams-Brabant gaat de komende drie jaar de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden voor lokaal woonbeleid financieel verder ondersteunen. Ze trekt hier 2.327.400 euro over 3 jaar voor uit. Dat is misschien geen al te sexy nieuws maar het is wel bijzonder relevant. De Vlaamse woningmarkt staat namelijk voor een enorme uitdaging. Tegen 2050 moeten alle woningen veel minder energie verbruiken. De strategie om die doelstelling te bereiken staat in het Renovatiepact. Die ambitie is voorlopig geen harde verplichting maar de omstandigheden maken dat de criteria in het Renovatiepact wel degelijk de norm zullen zijn.

Kort samengevat moet je woning tegen 2050 een energielabel A of A+ hebben of ze moet voldoen aan strenge criteria voor dak, vloer en muren, voor beglazing, voor vensters en voor een energie-efficiënt verwarmingssysteem. Een energielabel A staat gelijk met een EPC-score van maximaal 100 kWh/m² (via EPC bestaande bouw) of een E-peil van maximaal E6.

Je vindt hier alle informatie over het Renovatiepact

De impact van die nieuwe normen is gigantisch. Schepen van stedenbouw in Scherpenheuvel-Zichem rekende ons vorige week snel uit dat in zijn stad nog ongeveer 8000 woningen moeten gerenoveerd worden in de resterende 27 jaar. Dat zijn er losjes 300 per jaar!

Sinds 2008 ondersteunt de provincie Vlaams-Brabant samenwerkingsverbanden die het lokaal woonbeleid coördineren en de Vlaamse en provinciale beleidsdoelstellingen realiseren. Ze is hiermee de enige provincie die financiële middelen voorziet boven op de basismiddelen vanuit Vlaanderen.

Maar hoe wordt dat geld van de provincie dan eigenlijk gebruikt?

Een deel van de financiële middelen is bedoeld voor de basiswerking van de lokale woon- en energieloketten. Inwoners met vragen over wonen en energie kunnen daar terecht. ​Daarnaast zijn afsprakennota’s waar specifieke acties worden in opgenomen.

De stad Tienen bijvoorbeeld, wil als trekker van het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘Best Wonen tussen Zoet en Zout’, vooruit lopen op de steeds duurder wordende bouwmaterialen en de vele renovaties die zich opdringen voor veel eigenaars. Ze zal een promotiecampagne voeren over circulair bouwen en de oprichting van een materialenbank onderzoeken.

Het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘Wonen aan de Dijle Noord’ zal in de gemeenten van haar werkingsgebied extra inzetten op de activering van leegstaande woningen. De gemeenten Begijnendijk, Boortmeerbeek, Keerbergen en Tremelo zullen ook aangespoord worden om minstens 1 extra sociale woning te creëren door via het voorkooprecht een goedgelegen leegstaand pand aan te kopen en sociaal te verhuren. ​ Daarbij wordt én leegstand op goedgelegen plaatsen aangepakt én het tekort aan sociale woningen.

Je kan op het plannetje bekijken welke intergemeentelijke samenwerkingsverbanden voor lokaal woonbeleid er zijn en in welke gemeenten ze actief zijn.

Geef een reactie