Creatie nieuw stadspark in Scherpenheuvel wordt concreet

Een van de kernpunten in het bestuursakkoord dat CD&V en Open VLD in Scherpenheuvel-Zichem sloten na de verkiezingen van 2018, was de aanleg van een nieuw park op de site van het vroegere zwembad De Beumkes. In het meerjarenplan 2020-2025 werd dat kort omschreven als volgt:
We herbestemmen de infrastructuur die momenteel niet meer wordt gebruikt, onder meer het zwembad. De site van het vroegere zwembad wordt ingericht als openbaar park met diverse recreatieve openluchtfuncties. Een inrichtingsplan wordt hiervoor opgemaakt.
Het dossier bleef even dobberen maar de aankoop van de gronden die in het bezit waren van de kerkfabriek van Scherpenheuvel en die grenzen aan de percelen van Den Egger, de BKO en de stedelijke sporthal lijken de realisatie van het park nu toch concreet te maken. De aankoopprijs van de percelen bedraagt 720.000 euro.
Het valt ook op dat de dimensie van het plan om een een groene stadslong te creëren, heel wat ambitieuzer is geworden. Het gaat niet langer over de site van het vroegere zwembad maar over een aaneengesloten oppervlakte van ongeveer 5 hectare grond, die omsloten wordt door de Eggersberg en de August Nihoulstraat.
Pachtrechten afgekocht, opmaak masterplan is volgende fase
De percelen die het stadsbestuur recent aankocht waren verpacht aan drie landbouwers. Die pachtrechten werden ondertussen afgekocht. De betrokken landbouwers, Guy Renders, CV Adams en Georges Jacobs, krijgen een schadevergoeding van 0.90 euro per vierkante meter. De landbouwers stemmen ermee in om het gebruik van de gronden te beëindigen vanaf 30 november 2022. Het stadsbestuur kan er dus momenteel al volledig over beschikken.
Toch zal het niet zo’n vaart lopen. Allicht is de effectieve aanleg van het park iets voor de volgende legislatuur. Burgemeester Manu Claes vertelde aan onze redactie dat er eerst een masterplan wordt opgemaakt. Hij gaf al wel enkele belangrijke klemtonen mee.
Skatepark prioriteit
Het eerste project dat in dat stadspark uitgevoerd wordt is de aanleg van een nieuw skatepark. Dat is volgens Manu Claes een absolute prioriteit. Het succes van de laatste editie van Urban Hill heeft inderdaad heel duidelijk gemaakt dat de skatecommunity in de stad nood heeft aan een kwalitatieve infrastructuur. We hebben hieronder nog even wat sfeerbeelden van dat straatcultuurfeestje opgenomen. Die beelden tonen overigens aan dat er niet alleen nood is aan skate-infrastructuur. Straatcultuur is momenteel immens populair en dat begrip is veel ruimer dan enkel skaten.
Steeds meer gemeentebesturen beginnen te beseffen hoe belangrijk het is dat er slim wordt nagedacht over de inplanting en de inrichting van skateparken. Vooral ook omdat het deel uitmaakt van een denkproces over de inrichting van de publieke ruimte en hoe de jeugd daar een constructieve rol kan in krijgen. Al in 2007 deden drie wetenschappers van Universiteit Gent onderzoek naar de impact van de skatecommunity op de publieke ruimte in Kortrijk. Hun conclusie was toen al baanbrekend:
Het uitbouwen van een skatebeleid behelst meer dan nadenken over infrastructuur. Het denken laten uitdagen door hoe bepaalde groepen skaters de dominante constructie van de publieke ruimte voortdurend in vraag stellen lijkt ons daarbij minstens even belangrijk. Het maakt het skatebeleid tot een pedagogisch thema bij uitstek.
De onderzoekers maken in hun nota “Is een ramp een ramp?” een onderscheid tussen plein-, park- en straatskaters. Dat onderscheid is erg belangrijk. Parkskaters maken gebruik van een aangelegde infrastructuur. Plein- en straatskaters doen dat veel minder. Ze gebruiken de publieke infrastructuur en passen die eventueel aan.
Parkour
Dat fenomeen is ondertussen aan een brede doorbraak bezig, vooral onder invloed van het zogenaamde Parkour.
Parkour is een beweging die allicht begon in de jaren 1980 in Parijs. Allicht…want het is eigenlijk niet mogelijk om daar een exact tijdstip op te plakken. Yann Hnautra and David Belle worden door veel bronnen beschouwd als de grondleggers van de techniek. Zij vormden samen een groep jonge mensen die zich Yamakasi noemden. Dat is een woord uit het Lingala en het betekent “sterke man, sterke geest”.
In de beginjaren werden de Yamasaki’s eerder als een soort wildemannen bekeken die door de straten van Parijs liepen. Het was de vader van David Belle, Raymond Belle, die zijn zoon de principes bijbracht van de militaire trainingsmethodes van Georges Hebert. Die man had een zeer grote invloed op de ontwikkeling van de fysieke trainingen in Frankrijk. Hij ontwikkelde het “Parcours du combattant”, een soort militair hindernissenparours. Allicht was dat niet alleen de basis voor de beweging maar ook voor de naam.
De methodes van Hebert zijn geïnspireerd door de natuur, fysieke conditie en de gebruiken van een aantal inheemse Afrikaanse volkeren. De bedoeling is om je natuurlijke instincten opnieuw te leren ontdekken, de conditionering die je ondergaat weg te krassen en op die manier een soort van moeiteloze manier van bewegen te ontwikkelen waarbij je het ganse lichaam gebruikt en niet focust op specifieke spiergroepen.
De introductie van die eerder militaire methodes in de spontaan ontwikkelde manier van bewegen van de Yamasaki’s, werd later de motor voor de wereldwijde en snelle ontplooiing van Parkour.
Parkour immens populair in Leuven
Het stadsbestuur van Leuven heeft die trend ondertussen opgepikt. Leuven geeft in Hal 5 bijvoorbeeld, opleidingen voor Parkour. Die zitten maanden op voorhand volgeboekt. Het stadsbestuur realiseert ook een multifunctioneel sport- en vrijetijdspark. Dat komt op de terreinen aan het oude voetbalveld in de Verbroederingstraat in Wilsele. In het Urban Sports Park heeft de stad twee pumptracks aangelegd, een voor initiatie en een voor gevorderden. Een pumptrack is een aaneengesloten circuit van bulten en bochten die elkaar ritmisch opvolgen. Dat maakt het een geschikte plek voor crossfietsen (BMX), mountainbikes, stuntstepjes, loopfietsen, inline skates, longboards en skateboards. Het is een multifunctioneel en duurzaam parcours in de buitenlucht.
Onthaalstructuur en een erosiebestendige inrichting
Manu Claes legt ook de klemtoon op maatregelen om erosie tegen te gaan. De site ligt op een stevige helling. Bij hevige regenval levert dat wateroverlast op voor de lager gelegen woningen in de omgeving van het terrein. De inrichtingswerken voor het park zijn ideaal om dat te koppelen aan erosiebeheersingswerken. Volgens schepen van landbouw Lieve Renders volstaat de constructie van een erosiedam die opgetrokken wordt in natuurlijke materialen.
Een deel van de gronden grenst aan de August Nihoulstraat en hebben het statuut van bouwgrond. Dat heeft impact op de aankoopprijs maar het biedt ook mogelijkheden. Eventueel kan daar een vaste onthaalstructuur gecreëerd worden.
Burgemeester Claes ziet verder nog een kortetermijnopportuniteit. KSJ Scherpenheuvel zit nog steeds zonder lokaal omdat de eigenaar van hun terrein er een bouwproject wil realiseren. Tot die situatie structureel is opgelost kan de jeugdvereniging eventueel een constructie met containers overwegen op de site van het toekomstige park. Dat kan bijvoorbeeld aan het perceel dat grensgt aan de BKO.














































Beste redactie van Hola Hageland, fijn om lezen een: “park met diverse recreatieve openlucht functies” en ” een constructie van een erosiedam” en “een constructie met containers voor KSJ Scherpenheuvel” allemaal vlak voor onze woningen, zomaar zonder de aangrenzende bewoners daarover te bevragen, STOP! GEEN OVERLAST IN ONZE BUURT. Met deze protestborden maken wij de beleidsmensen op het stadhuis duidelijk dat we de overlast beu zijn. Drugs en alcohol – vandalisme zoals autobanden stuksteken, bekendmaking borden vernielen, graffiti – krachtige explosies – harde luidruchtige muziek – crossmotoren op het BMX parcours maken het zoveel erger. Dit moet stoppen.