Trage wegen op Schellekensberg erkend als gemeenteweg, betwisting over zijweg Merelstraat in Molenstede

Trage wegen zijn een gevoelig thema in de regio. Het stadsbestuur van Aarschot betaalde vorig jaar 1,6 miljoen schadevergoedingen aan trage wegen-activist Marc Van Damme. Die ging jarenlang op zoek naar voetwegen die verdwenen of afgesloten waren. Het was niet zo moeilijk voor Van Damme om zulke wegen te vinden. Vlaanderen sprong decennialang erg slordig om met ruimtelijke ordening. Als hij zo’n weg ontdekte stelde hij het betrokken gemeentebestuur in gebreke en als die niet reageerden trok hij naar de rechtbank. In Aarschot sprongen ze daar nogal nalatig mee om en dat kostte de stad uiteindelijk een bak geld. Geld dat Van Damme persoonlijk op zijn rekening mocht bijschrijven.

Ondertussen heeft covid-19 wandelen zowat verheven tot de meest populaire volkssport. Daardoor wordt het belang van toegankelijke en goed onderhouden trage wegen nog groter.

Het gemeentebestuur van Diest moest gisteren een beslissing nemen over drie dossiers waarin een trage weg al dan niet het statuut krijgt van gemeenteweg. Als dat zo is, moet het stadsbestuur die weg open maken en onderhouden. de voorwaarden zijn relatief simpel. De weg moet voor iedereen toegankelijk zijn geweest in een ononderbroken periode van dertig jaar. Dat mag aangetoond worden met alle middelen van recht.

Twee dossiers staan in relatie met mekaar. De zogenaamde Chemin 41 en Chemin 44 zijn trage wegen die op de Schellekensberg in Schaffen liggen. Beide wegen lopen door een bos dat achter een aantal vrij residentiële woningen staat. Op een aantal plaatsen zijn de “chemins” echter verdrongen door wildgroei. De weg heeft ook te lijden van wateroverlast omdat al het regenwater vanop de berg wordt afgevoerd naar het niveau van de trage wegen.

Het gemeentebestuur was het eens om het statuut als gemeenteweg voor de beide chemins goed te keuren. Een van de bewoners betwist de ligging van de weg en heeft het traject daarom afgesloten. Er zal nu een rooilijnplan worden opgesteld dat het tracé duidelijk moet maken. Dat laat toe om een plan van aanpak uit te tekenen om het traject open te maken en te onderhouden.

Over het derde dossier was er een stevig meningsverschil tussen de meerderheid en de oppositie. Het gaat over een verbindingsweg aan de Merelstraat in Molenstede. Die ligt tussen twee landbouwpercelen en de eigenaars van die percelen hebben de weg, ieder aan een zijde, afgesloten met een geïmproviseerde versperring. Bij het stadsbestuur kwam via aangetekend schrijven de vraag binnen om de weg open te stellen maar dat gebeurt voorlopig niet. Schepen van Dorpsontwikkeling Monique De Dobbeleer argumenteert de weigering op basis van het ontbreken van voldoende bewijsmateriaal dat aantoont dat de weg inderdaad gedurende dertig jaar voor iedereen toegankelijk was. De schepen argumenteert verder ook dat er een alternatieve trage weg op amper een paar tientallen meters afstand bestaat. Monique De Dobbeleer doet de deur echter niet helemaal dicht. Als het openbaar gebruik van de weg gedurende minstens dertig jaar voldoende wordt aangetoond kan hij alsnog als gemeenteweg gecatalogeerd worden. De schepen gaat ook alle bij het dossier betrokken partijen uitnodigen voor overleg, uiteraard binnen de restricties van covid-19.

Je kan verder lezen na de afbeelding

Raadslid voor Groen David Celis maakte er tijdens de gemeenteraad echter een principieel punt van dat het bestuur de weg toch zou erkennen als een gemeenteweg. Volgens Celis zat er in het dossier wel degelijk voldoende bewijs dat de weg meer dan dertig jaar in gebruik is bij de lokale bevolking en bij verschillende wandel- en fietsclubs. Hij verwijst onder meer naar uitsnedes uit plannen van 1962 en 1974. Dat bewijsmateriaal zit volgens het raadslid echter niet in het dossier dat aan de gemeenteraadsleden werd overgemaakt. Volgens David Celis moet men in Diest vermijden dat ze deze historische trage weg voor altijd kwijt zijn. “We moeten vermijden dat we hiermee een precedent scheppen dat je trage wegen in Diest zomaar kan afsluiten”, zegt hij.

David Celis beweert ook dat het traject deel zou uitmaken van het wandelknoopuntenroute in het netwerk van De Merode. Het zou meer bepaald een segment zijn van de verbinding tussen de knooppunten 413 en 263. Dat laatste is echter onjuist. Dat segment loopt niet tussen de percelen maar net omheen de percelen en is het alternatief waarover schepen De Dobbeleer het heeft. (zie kaart hieronder)

Wordt ongetwijfeld vervolgd.

2 comments

  • Michel Van Mellaert

    OOk in Scherpenheuvel-Zichem is er een probleem met trage wegen. Zo is er “Buurtweg nr 53” waarvoor de eigenaars van de omliggende gronden een ruim bedrag dienden te betalen om deze weg die dwars door landbouw en bouwgrond liep gedeeltelijk te laten herleggen omdat een stuk landbouwgrond van het OCMW anders niet meer bereikbaar zou zijn. Dit is echter niet zo want BUURTWEG nr 53 (te vinden op de kaarten van NApoleon op het stadhuis) loopt van aan de Tiensestraat langs de Lobbensemolenweg naar Scherpenheuvel. Hij is echter niet toegankelijk omdat er een stuk ondoordringbaar bos is overgeplant.
    DE weg heeft ook al een naam “Gevelhaegweg” maar niemand kan er over omdat de Stad het vertikt om hem open te maken. Het in deze coronatijden een prachtige wandelweg zijn maar t stad heeft er geen zin in. Misschien Marc Van Damme eens aan het werk zetten.

Geef een reactie